Risicobeheer treasuryfunctie

Hieronder wordt een analyse gegeven van de risicoaspecten die verbonden zijn aan de uitvoering van de treasuryfunctie binnen de gemeente Rheden. Wij gaan daarbij in op de renterisico’s, kredietrisico’s, en debiteurenrisico.

Renterisico’s

Voor het renterisicobeheer worden de normen gehanteerd conform de Wet FIDO. Het gaat hierbij om de kasgeldlimiet, waarbij een beperking wordt opgelegd aan de omvang van de netto vlottende schuld én de renterisiconorm. De renterisiconorm bepaalt het maximum aan leningen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer die geherfinancierd moeten worden of waarvan de rente herzien moet worden. Deze normen zijn ingesteld om de invloed van rentewijzigingen op het resultaat te beperken. Hieronder wordt een berekening gegeven van de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.

Berekening kasgeldlimiet (bedragen x € 1.000)

2018

Begrotingstotaal (bedrag)

109.916

Toegestane kasgeldlimiet (percentage)

8,5%

Kasgeldlimiet (bedrag)

9343

De kasgeldlimiet geeft de maximale omvang van de netto vlottende schuld aan. De netto vlottende schuld is het saldo van rekening courant kredieten en tegoeden, het kasgeld en de opgenomen gelden met een oorspronkelijke rentetypische looptijd van korter dan één jaar.
Indien 3 kwartalen achtereen de kasgeldlimiet wordt overschreden moet de toezichthouder (de provincie) geïnformeerd worden en een plan worden ingediend. Wanneer de netto vlottende schuld boven de kasgeldlimiet uitkomt, wordt door omzetting naar een langlopende lening ruimte gecreëerd. Door middel van een goede planning en monitoring wordt de kasgeldlimiet bewaakt.

Berekening renterisiconorm (bedragen x € 1.000)

2018

2019

2020

2021

1. Renteherzieningen

0

0

0

0

2. Aflossingen

10.091

10.000

0

15.000

3. Renterisico (=1+2)

10.091

10.000

0

15.000

4a. Begrotingstotaal

109.916

108.984

108.690

107.939

4b. Percentage cf. ministeriële regeling

20%

20%

20%

20%

4. Renterisiconorm (=4ax4b)

21.983

21.797

21.738

21.588

5. Ruimte binnen de norm (=4 -3)

11.892

11.797

21.738

6.588

De renterisiconorm geeft de som aan van het bedrag aan vaste schuld waarvan de rente mag worden herzien of het bedrag dat in aanmerking komt voor herfinanciering. Hiermee wordt nagestreefd dat de vaste leningenportefeuille zodanig gespreid is dat de renterisico’s gelijkmatig over de jaren zijn verdeeld. De renterisiconorm is vastgesteld op 20% van het begrotingstotaal.

Het renterisico wordt berekend door te bepalen welk deel van de portefeuille aan vaste schuld in enig jaar geherfinancierd moet worden door het aangaan van nieuwe leningen én voor welk deel van de vaste schuld op basis van de leningsvoorwaarden de rente wordt herzien. Het aldus berekende bedrag geeft dan het bedrag aan waarover renterisico’s worden gelopen.

In 2018 zal de gemeente Rheden een aangetrokken lening van € 10 miljoen dienen te herfinancieren. Bij deze herfinanciering zal een (spreiding van) rentetypische looptijd worden gehanteerd al naar gelang de actuele renteontwikkelingen gedurende 2018. Hierbij zullen ook de andere ontwikkelingen op onze verwachte financieringsbehoefte worden betrokken.

Kredietrisico’s

Kredietrisico’s worden gelopen bij het uitzetten van overtollige middelen en het verstrekken van leningen en garantstellingen. Kredietrisico’s worden beperkt door de eisen die de Wet financiering decentrale overheden (Wet FIDO) stelt aan tegenpartijen en producten op de geld- en kapitaalmarkten en door de specifieke eisen die de gemeente stelt aan de partij waaraan middelen worden verstrekt.

De verwachting is dat er in 2018 geen overtollige middelen worden uitgezet. Eventuele tijdelijke overtollige kasmiddelen zullen worden uitgezet conform de wettelijke kaders inzake het schatkistbankieren.

Op de reeds verstrekte leningen is het risico minimaal gezien de geldnemers en de looptijd. Het gaat hier een achtergestelde lening aan Alliander, Starterslening VROM, lening RIQQ en personeelsleningen. Begin 2018 bedraagt het saldo ca. € 3,0 miljoen.

Daarnaast neemt de gemeente Rheden deel in het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Middels een achtervangovereenkomst staat de gemeente garant voor ca. € 115 miljoen aan leningen die zijn verstrekt aan woningcorporaties. Gezien de vermogenspositie van het WSW, de goede controle en toetsing door dit fonds en de spreiding van de risico’s over de deelnemende gemeenten is dit als een laag risico te kwalificeren.

Debiteurenrisico’s

De debiteuren worden in de balans gewaardeerd tegen nominale waarde, onder aftrek van een voorziening voor dubieuze debiteuren. Periodiek worden de posten beoordeeld op inbaarheid. Eventuele oninbare vorderingen worden afgeboekt ten laste van de voorziening. De hoogte van deze voorziening wordt jaarlijks bij de jaarrekening opnieuw vastgesteld.